maandag 21 februari 2011

Financieel nieuws

Vier gezichten van de CFO
CFO’s staan meer dan ooit onder druk. Onzekerheid, toenemende regulering, en een maatschappij die alles onder een vergrootglas legt, een constante druk op effectiviteit, efficiency en kostenbesparingen, persoonlijke aansprakelijkheid – geen wonder dat er zoveel personele wisselingen zijn te zien dezer dagen.
De CFO vervult eigenlijk vier rollen. Hij is de rentmeester, de uitvoerder, de strateeg en de katalysator van de organisatie. Als strateeg focust hij op de toekomst en de voortdurende optimalisatie van de performance van de organisatie. Als uitvoerder focust hij op efficiency en service levels, waarbij hij jongleert met kosten en verplichtingen. Als rentmeester houdt hij zich bezig met financiële rapportage, control, risicomanagement en het bewaken en bewaren van de activa. Als katalysator is hij de change agent, die de hele organisatie doordringt van het belang van waarde, waardecreatie en waardetoevoeging. Als katalysator is hij de business partner die zorgt voor optimale alignment van management, CIO, R&D, Productie, Sales en Marketing.
http://www.deloitte.com/ 18 november 2010

Interne ICT verliest machtspositie
Het gebruik van software as a service (SaaS), het gebruik maken van software via het internet op basis van pay-per-ude of en tijdelijk abonnement, blijft toenemen, zo rapporteert Gartner op http://www.silicon.com/. In 2010 werd in deze dienstverlening $9.2 miljard omgezet. Gartner verwacht dat de markt in 2011 met 16% zal groeien.
SaaS-programmatuur wordt vooral gebruikt voor communicatie, collaboratie en content, HRM/Payroll en customer relationship management (CRM). De bezorgdheid rond privacy en beveiliging lijkt weg te ebben. Wat ook opvalt, aldus Gartner, is dat steeds vaker wordt gekozen voor SaaS-oplossingen zonder dat de eigen it-afdeling daarbij betrokken wordt.
Volgens silicon.com’s CIO-jury is de verwachting dat de interne ict-afdeling de komende vijf jaar snel kleiner zal worden, door de opkomst van Saas en cloud-computing.

Europa: vriendelijker voor ondernemers dan de USA !
Op het GlobalCompetitiveness rapport van het World Economic Forum (zie http://www3.weforum.org/docs/WEF_GlobalCompetitivenessReport_2010-11.pdf) staat ons land op de twintigste plaats voor wat betreft ‘ease of access to loans’, en op plaats 17 bij ‘beschikbaarheid van venture capital’. Een onderneming krijgt bij ons nog altijd gemakkelijker een lening dan in Zwitserland ( 22), Denemarken (28) en de VS (op 34!). In Quatar, Bahrain en Luxemburg (1,2,3) is dat véél eenvoudiger. Voor venture capital kun je als startend ondernemer beter terecht in Hongkong (1), Skandinavie (Noorwegen 2, Finland 4, Zweden op 7) of Luxemburg (5) dan in de VS, die pas op plaats 13 komen.
Het is opvallend dat Business Week vlak voor kerst (10 december 2010) klaagt dat het in de VS steeds lastiger wordt een nieuw bedrijf te starten, en Europa ten voorbeeld stelt aan Washington. Het aandeel van het MKB in de economie van de VS daalt al sinds eind jaren ’80 van de vorige eeuw. Tussen 1998 en 2009 daalde het aantal zzp’ers in de VS gestaag (intussen lager dan in 25 Europese landen volgens de OESO), net als het aantal nieuwe ondernemingen per capita. Een belangrijke oorzaak is dat de belastingen op ondernemingswinsten bij ons veel lager zijn dan in de VS (waar men state- én federal taxes betaalt). Maar wij Europeanen blijken tegenwoordig ook veel positiever tegenover ondernemingszin te staan dan de Amerikanen. Volgens de Global Entrepreneurship Monitor (http://www.oecd.org/dataoecd/44/0/44069408.pdf) geloven de inwoners van liefst 15 landen (waaronder Nederland op 10, IJslanders op 1) in Europa méér in de stelling dat ‘ondernemerschap de basis is voor het creëren van welvaart, en dus goed voor de samenleving’ dan de bevolking van de VS. Slechts 11 landen zijn daar minder stellig in; in de voormalige Oostbloklanden Tsjechië, Hongarije en Slowakije blijkt het ondernemersevangelie nog het minst voet aan de grond te hebben gekregen.

Analisten, aandeelhouders en media handlangers CEO bij fraude
Recente boekhoudschandalen hebben de discussie over (on)ethisch leiderschap enorm aangewakkerd. Een onderzoek van Stephen Chen, hoogleraar aan de Macquarie University in Sidney, ( Bolstering unethical Leaders: the role of the media, financial analysts and shareholders, Journal of Public Affairs 2010) toont aan dat de rol van externe partijen in de omgeving van de onderneming onderschat wordt. Uit criminologisch onderzoek blijkt dat boeven steeds zwaarder misdaden plegen als ze niet gepakt worden (dat zou bij de geringe pakkans in ons land tot veel ellende moeten leiden). Hetzelfde geldt voor de narcistische CEO: als deze door positieve ‘recensies’ steeds meer gaat geloven in zijn eigen verhaal, blijkt de neiging steeds sterker om de prestaties fraaier voor te stellen dan ze zijn. Dat leidt – ongestraft gebleven – to overmoed en fraude.
Leiders, aldus Chen, die charisma hebben, gedrevenheid en een groot zelfvertrouwen kunnen veel realiseren – ten goede en ten kwade.


High Potentials
Hoewel vroeger alles beter was, zijn er ook nu nog mensen die al heel jong fortuin maken. Denk in ons land aan de oprichter van Hyves, net verkocht aan TMG; eerder al cashten deze (nu) dertigers Spanjer en Rost van Tonningen met iex.nl. In het recent verschenen 50 Interviews: Young Entrepreneurs, What It Takes To Make More Than Your Parents inventariseert auteur Nick Tart kenmerken van tieners die voor hun twintigste al meer dan een miljoen dollar verdienden.

1. Klein beginnen
Of ze begonnen met een internetsite of een hondenuitlaatdienst, hun succes begon met iets behapbaars waarmee ze zich als entrepreneur konden bewijzen.

2. Je niet uit het veld laten slaan
De meeste jonge ondernemers leerden met vallen en opstaan. Ze hebben een paar mislukkingen achter zich voor het succes begint.

3. Het zijn stuk voor stuk geboren verkopers
Als je kind al op de basisschool in de prullaria van de dag handelt is dat een goed voorteken.

4. Je moet er wel iets voor laten.
Net als bij sporthelden geldt voor jonge miljonairs dat ze keuzes maakten. Focus is belangrijk.

5. Steun en vertrouwen van je omgeving
De jonge miljonairs komen zonder uitzondering uit een omgeving die hen ondersteunt in hun ondernemingslust – vooral in moreel opzicht. ‘Slechte vrienden’ en onverschillige mentoren kunnen funest zijn en je toekomst verpesten. Andersom heb je veel aan enthousiasme en vertrouwen.


Business case voor social media
Meer dan 16% van de finance directors en CFO’s die meededen aan een enquete van Financial Director (www.financialdirector.co.uk) zeggen dat social media netwerken als LinkedIn en Facebook zonder twijfel een positief ROI hebben voor hun carrière en bedrijf. Vijf procent zegt dat die ROI tot heden al ‘significant’ is geweest – ondanks een blijvende skepsis over de business case voor social media en de bijkomende risico’s. Twintig procent zegt dat zij via het netwerk al eens een heus aanbod voor en andere functie hebben ontvangen.
Twintig procent zegt in die netwerken sollicitanten na te trekken. Over Twitter zijn de deelnemers minder enthousiast – ‘veel ruis’ en ‘veel geroddel’. In januari 2011 verschijnt het volledige onderzoeksrapport on line.

Nieuwe communicatiekanalen spelen belangrijke rol in het proces
Decennia lang hebben marketeers gedacht en beweerd, dat consumenten beginnen te kiezen uit met een groot aantal mogelijke merken en vervolgens methodisch hun keuzemogelijkheden beperken, tot ze besluiten welk merk zij met een aankoopbeslissing zullen vereren. Na die aankoop wordt hun relatie met dat merk bepaald door het gebruiksgemak van het betreffende product of dienst.
Recent onderzoek toont een heel ander proces aan. In plaats van methodisch de keuzemogelijkheden te beperken, blijkt de consument steeds een hele reeks merken in zijn achterhoofd te houden, een reeks die voortdurend met nieuwe merken wordt aangevuld, terwijl andere uit de boot vallen. Alleen bij een aankoopbeslissing wordt een ad hoc keuze gemaakt, en de trouw aan het gekozen merk is niet eeuwig of zonder condities. Bovendien worden ervaringen met het gekochte merk, goed zowel als slecht, onmiddellijk via social media gedeeld.
Marketeers zijn teveel gefocust op de “consider” en “buy” stadia van deze ‘reis’ en investeren daarom te vaak te veel geld in awareness-ondersteuning met advertenties of acties in winkels. Tegenwoordig met de social media worden de “evaluate” en “advocate” stadia steeds relevanter. Marketing-investeringen die de klant helpen te navigeren gedurende het evaluatieproces en in het zo belangrijke ‘word-of-mouth’ proces na de aankoop zijn dus vaak net zo belangrijk. Het blijkt dat als de band van de consument met zijn merk sterk genoeg is, de repeat-sales lukt zonder dat de brede beslissingsreis opnieuw gemaakt wordt. (http://hbr.org/2010/12/branding-in-the-digital-age/ar/pr)


Meer en bredere competenties nodig voor IA
Volgens de voorzitter van het Britse Chartered Institute of Internal Auditors (IIA) Dr Ian Peters moeten Interne Audit teams versterkt worden met mensen met andere sets competenties dan tot op heden gebruikelijk, willen zij ook andere risico’s dan financiële op tijd determineren, zo rapporteert Accountancy Age op 15 december 2010. IA, aldus Peters voor het House of Lords Economic Affairs Committee, maakte ontegenzeggelijk deel uit van het system dat bij de bankencrisis niet bleek te werken. Men focuste teveel op interne controls, en te weinig op de grotere risico’s die kleefden aan het business model van de banken. IA zou een grotere rol moeten opeisen in corporate governance, tot en met opname in de Britse Corporate Governance Code – voorheen de Combined Code.
Lord Colin Sharman, de vroegere chairman van KPMG, stelde bij dezelfde gelegenheid dat de rol van IA meer gericht zou moeten zijn op forward-looking statements, in plaats van op historische financiële data. Hij meldde overigens ook dat hij vond dat een onderneming nooit langer dan vijf jaar dezelfde externe accountant mocht houden – tenzij daar expliciet redenen voor aangegeven werden.

Overgekwalificeerde werknemers blijken goede investering
Onderzoek in de VS heeft uitgewezen dat het misschien niet zo verstandig is om zogenaamd overgekwalificeerde sollicitanten af te wijzen. Anthony Nyberg van de University of South Carolina stelt dat een overgekwalificeerde werknemer minder snel blijkt te vertrekken en gemiddeld beter presteert dan een kandidaat die op het eerste gezicht een profiel heeft dat beter bij de functieomschrijving past. Bovendien bleken werknemers die maar net gekwalificeerd waren voor hun functie veel ontevredener over hun werk en beloning. Bron: HealthDay News, 16 december. Het originele rapport verscheen in het Journal of Applied Psychology.

Estland rolmodel?
De staatsschuld van Estland is slechts 4,1 % van zijn BNP. De Democratische Republiek Congo doet het nog beter – haar staatsschuld bedraagt slechts 0,2% van het BNP.
De USA daarentegen heeft een staatsschuld van $13 biljoen (10 tot de twaalfde macht) – 55,7% van het BNP. Ons land scoort ongeveer net zo hoog als Nepal en Duitsland – 43,3%.
Frankrijk? 66,6%. Portugal 76%. IJsland 83,8. Maar Spanje’s staatsschuld is maar 33,8% van haar BNP, en dat van Ierland slechts 27,2%.
Meer verrassende cijfers op http://www.creditloan.com/infographics/central-government-debt-as-percentage-of-gdp/

Geen opmerkingen:

Een reactie posten